Somerense Militairen in Nederlands-Indië

De Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog , ook wel de Politionele Acties geheten was een dekolonisatieoorlog in het voormalige Nederlands-Indië. Deze oorlog begon kort na de capitulatie van Japan op 15 augustus 1945 met de eenzijdige uitroeping, twee dagen later, van de Republiek Indonesië

Eerste divisie 7 December embleem

Op 24 september 1946 vertrok het eerste troepenschip met dienstplichtigen , van de Zeven December-divisie uit de haven van Amsterdam, terwijl de grondwetswijziging pas in augustus 1947 in het Staatsblad werd afgekondigd. In de jaren 1946 t/m 1949 werden er ongeveer 200.000 soldaten ingezet , met ongeveer 95.000 Nederlandse dienstplichtigen en 25.000 oorlogsvrijwilligers naar Indonesië gestuurd.    

Ook vanuit Someren werden dienstplichtigen opgeroepen , 140 mannen kwamen in dienst . 119 soldaten werden naar Nederlands-Indië gestuurd en 21 naar Nieuw Guinea

10 van hen waren oorlogsvrijwilliger ( 1 kwam via de Binnenlandse Strijdkrachten ) , 3 waren bij het Koninklijke Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL) , 2 bij de luchtmacht , 2 dienden bij de marine , 9 man van het korps Mariniers , de overige 114 dienden bij de landmacht .

Wilt u meer weten over de ervaringen en belevingen van de Somerense Oud Indiëgangers is het boek “ Tabee orang Someren , uit en thuis ….. maar niet voor allen ! “ zeker een aanrader .

Het conflict in Indië wordt gekarakteriseerd door guerrillastrijd van aanslagen, infiltraties, hinderlagen en overvallen. De revolutionairen maken zichzelf onzichtbaar door geen uniformen te dragen en zo geruisloos op te gaan in de bevolking. Slechts op enkele momenten is er sprake van grootschalig militair optreden: bij landingen van de mariniers in Soerabaja en langs de kusten van Java en tijdens de bloedige Slag om Palembang van januari 1947.

Onderhandelingen tussen Den Haag en de republikeinen in Djokjakarta verlopen ondertussen moeizaam. Ieder voorstel waarin Nederland betrokken blijft bij de toekomst van Indonesië, wordt afgewezen, of stuit op weerzin aan beide zijden. Om zijn positie te versterken, gaat Den Haag tot tweemaal toe over tot grootscheepse ‘politioneel-militaire’ offensieven: de Politionele Acties van zomer 1947 en van de jaarwisseling 1948-1949. Ieder van de Acties duurt twee weken en vindt in hoofdzaak plaats op Java en Sumatra. De Eerste Politionele Actie heeft tot doel de Republiek naar de onderhandelingstafel te dwingen door economisch vitale gebieden op beide eilanden veilig te stellen. Tijdens de Tweede Politionele Actie wordt niet minder dan de politieke en militaire uitschakeling van de Republiek beoogd.

Nederlandse militairen , 1947

Beide Acties zijn tactisch gezien een succes. Alle doelen worden binnen de gestelde termijnen gehaald en na de Tweede Politionele Actie wordt de republikeinse regering gearresteerd. Maar beide overwinningen blijken een illusie. De Nederlandse troepen zijn overbelast. Met nauwelijks afdoende versterkingen moeten zij na afloop van de Acties een veel groter gebied zien veilig te stellen. Dan blijkt ook dat de revolutionaire strijdkrachten tijdens de Acties opzettelijk de confrontatie uit de weg waren gegaan en zich hadden teruggetrokken in de binnenlanden. Vooral vanaf januari 1949 neemt de guerrillastrijd in ongekende hevigheid toe met vrijwel dagelijks dodelijke aanslagen en infiltraties.

Doorslaggevend zijn uiteindelijk de diep negatieve reacties in het buitenland op het Nederlandse optreden. Australië was sinds het begin van het conflict een felle tegenstander van het Nederlandse beleid. Vanaf september 1948 hebben ook de Verenigde Staten zich sympathiek verklaard met de Indonesische republiek .

Uiteindelijk zwicht Den Haag onder de internationale druk om de strijd te staken. In december 1949 erkent Nederland met de Soevereiniteitsoverdracht definitief de onafhankelijkheid van Indonesië. De Nederlandse troepen worden in de loop van 1950 en 1951 gerepatrieerd.

Nederlands Nieuw-Guinea

Na de onafhankelijkheid van Indonesië bleef het Nederlandse koloniale gezag gehandhaafd in het meest oostelijke gedeelte van het voormalige Nederlands-Indië: Nieuw-Guinea. Nederland wilde met een beoogde ontwikkeling van Nieuw-Guinea en emancipatie van de diverse inheemse bevolking laten zien dat zijn koloniale bewind na het verlies van Indonesië nog bestaansrecht had. Indonesië beschouwde Nieuw-Guinea echter als integraal onderdeel van Indonesië en accepteerde de voortgezette Nederlandse heerschappij in de regio niet.

Het conflict om de status van Nieuw-Guinea leidde tot een snelle verslechtering in de verstandhouding tussen Nederland en Indonesië. Door de opgevoerde militaire Nederlandse aanwezigheid en toenemende infiltraties van Indonesische militairen dreigde het conflict begin jaren zestig uit te monden in een regelrechte oorlog. Net als in de jaren veertig kon Nederland niet rekenen op cruciale Amerikaanse steun bij een militaire confrontatie. In 1962 droeg Nederland zijn gezag over Nieuw-Guinea ten slotte over aan Indonesië en kwam er een einde aan ruim 350 jaar Nederlandse koloniale aanwezigheid in Zuidoost-Azië.

Het emleem van het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL)

Het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL) was het Nederlandse leger in de voormalige 

kolonie Nederlands-Indië. Het heeft officieel bestaan van 1814 tot 1950. Het Nederlands-Indische leger ressorteerde onder het ministerie van Koloniën en bestond uit beroepsmilitairen die zowel binnen als buiten Nederlands-Indië geworven werden. 

In mei 1940 bedroeg de legersterkte: beroepsmilitairen: 1.345 officieren en 37.583 onderofficieren en manschappen, 1.783 reserveofficieren, 13.263 militieplichtigen (onderofficieren en manschappen), 17.596 landstormplichtigen (onderofficieren en manschappen), inheemse corpsen: 74 officieren en 4.501 onderofficieren en manschappen; in totaal dus 3.202 officieren en 72.943 onderofficieren en manschappen.

Verliescijfers

De verliescijfers zijn als volgt onder te verdelen (resp. verliezen aan gesneuvelde en door ziekte en ongeval overleden militairen tussen haakjes):

Koninklijke Landmacht: 1.602 , ( 907 )
KNIL: 722 , ( 1.098 )
Mariniersbrigade: 155 , ( 101 )
Totaal: 2.479 gesneuvelden en 2.106  door ziekte en ongevallen omgekomenen (opgeteld: 4.585)

(Bron: D.C.L. Schoonoord, De Mariniersbrigade 1943-1949; Wording en inzet in Indonesië)

Kolonel b.d. J.W. de Leeuw komt tot de volgende totaalcijfers voor de periode tussen 15 augustus 1945 en 1 januari 1963 (dus inclusief het conflict om Nieuw-Guinea in 1962):

Gevechtsverliezen (inbegrepen vermoord): 3.281
Niet-gevechtsverliezen (ziektes, ongevallen, executies etc.): 2.134
Doodsoorzaak onbekend: 762
Totaal: 6.177

Naast gevechten eisten ook niet gevechtsverliezen hun tol aan slachtoffers . Zowel aan gewonden , ziektes en overlijden . Het klimaat en de natuur zelf zorgden hier wel voor

middels giftige dieren zoals slangen , spinnen schorpioenen , diverse ziektes zoals tuberculose , tyfus , rabiës . Ook eten en drinken kon een gevaar zijn door de mindere goede hygiëne en door de warmere omstandigheden ontstane bacteriekolonies , virussen .  

Over de 6000 Nederlandse militairen sneuvelden Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog , onder hen zijn 450 Brabanders, blijven achter op de militaire erevelden op Java.

Zeven Somerenaren keren niet terug . Zij sneuvelden tijdens militaire acties , ongevallen of anderzijds door ziekten.

Het eerste Eereveld , 1947

De zeven gesneuvelden Somerenaren zijn :

NaamGeborenOverledenNederlands EreveldPlaats
Jan Sonnemans23-7-192531-1-1947Menteng PuloDjakarta
 
Jan van den Bomen25-5-192824-1-1948PanduBandung
  
Wim van de Moosdijk21-11-192822-12-1948PanduBandung
 
Harrie Swinkels25-5-192819-6-1949PanduBandung
 
Jan Donkers19-10-192526-6-1949Menteng PuloDjakarta
Wim Maas13-3-192727-6-1949Candi (Tjandi)Semarang
Gerrit Mutsers21-6-19279-7-1949LeuwigadjahTjimahi

De zeven gesneuvelden Somerenaren

Jan Sonnemans

Jan wordt geboren op 23 juli 1925 in Someren-Dorp. Opgeroepen voor de dienstplicht, meldt hij zich in de zomer van 1946 bij de Koninklijke Landmacht in Breda, waar hij als soldaat wordt ingedeeld bij het 1-8 Regiment Veld Artillerie.

Vanwege het losgebarsten revolutionaire geweld van de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd wordt hij voor de vervulling van zijn dienstverband als onderdeel van de 7 December Divisie naar Nederlands-Indië gezonden .

Na een korte opleiding reist hij in oktober 1946 met de Johan de Witt af naar de Oost, waar hij na een maand aankomt in Batavia .

Na aankomst wordt Jan met zijn afdeling gelegerd in het artilleriekamp in Batavia voor aanvullende training en bewapening. Daarnaast bewaakt de afdeling posten in Djatie Baroe en Toegoe .

Behalve van vijandelijk vuur en ongelukken met materieel of munitie lopen de militairen in Indië voortdurend gevaar getroffen te worden door endemische of besmettelijke ziekten.  Uiteindelijk wordt ook hier Jan het slachtoffer van. Eind 1946, nog maar enkele maanden in Indië, wordt hij met tyfus opgenomen in militair hospitaal in Batavia. De geboden hulp mag echter niet meer baten; zijn toestand verslechtert snel. Uiteindelijk overlijdt Jan op 3 januari 1947. Hij is 21 jaar geworden en vindt zijn laatste rustplaats op het Nederlands ereveld Menteng Pulo in Jakarta.

Johan van de Bomen ,

Johan wordt geboren op 25 mei 1928 in Someren-Eind  . In de zomer van 1948 komt hij als dienstplichtig soldaat op bij de Koninklijke Landmacht in ’s-Hertogenbosch en wordt ingedeeld bij 6 Bataljon Regiment Stoottroepen Op 4 augustus 1948 vertrekt hij met de Sibajak naar de Oost, waar hij na een zeereis van een maand aan land gaat in Cheribon op Java. In Indië wordt zijn eenheid tactisch ingezet als het 401 Bataljon infanterie

Nog geen drie maanden later, op 24 oktober 1948 sneuvelt Johan in het Javaanse Tjiteuri, nadat zijn eenheid die dag in een hinderlaag is gelopen. Hij is het eerste slachtoffer van zijn bataljon en kan pas later door zijn kameraden worden opgehaald om te worden begraven. Johan is 20 jaar geworden en vindt zijn laatste rustplaats in Bandung op het Nederlands ereveld Pandu.

Wim van de Moosdijk

Wim wordt geboren op 21 november 1928 in Someren-Dorp. In de zomer van 1948 komt hij als dienstplichtige op bij de Koninklijke Landmacht in ’s-Hertogenbosch en wordt als soldaat ingedeeld bij 6 Bataljon Regiment Stoottroepen.

Op 4 augustus 1948 vertrekt hij aan boord van de Sibajak naar de Oost, waar hij na een zeereis van een maand aan land gaat in Cheribon op Java. Zijn eenheid wordt daar actief als het 401 Bataljon Infanterie. Na een voortgezette tropenopleiding wordt Wim ingezet voor wachtdiensten. Zijn eenheid neemt niet actief deel aan de Tweede Politionele Actie die op 19 december 1948 begint, maar de patrouillegang wordt verder opgevoerd om te voorkomen dat revolutionaire strijders de beveiligde zones infiltreren

Op 22 december 1948 rijdt Wim in Cheribon met enkele kameraden per jeep naar een ongeval om de gewonden daar hulp te verlenen. Onderweg raakt zijn jeep echter van de weg en slaat over de kop. Wim, dan nog geen vier maanden in Indië, overleeft het ongeluk niet. Hij is 20 jaar geworden en vindt zijn laatste rustplaats in Bandung op het Nederlands ereveld Pandu.

Harrie Swinkels

Harrie wordt geboren op 28 mei 1928 in Someren-Dorp.  Als dienstplichtig soldaat komt hij eind 1948 op bij de Koninklijke Landmacht en wordt ingedeeld bij het op 1 januari 1949 opgerichte 6-6 Regiment Infanterie.

Voor de vervulling van zijn dienstverband vertrekt Harrie in maart met de Volendam naar Nederlands-Indië, waar hij na een zeereis van een maand in Semarang aan land gaat. Tegen die tijd is het conflict in Nederlands-Indië in zijn laatste fase beland. Tijdens de Tweede Politionele Actie, van 19 december 1948 tot 5 januari 1949, leek de Republiek met de val van Djokjakarta en en de arrestatie van de republikeinse regeringsleiders te zijn verslagen. Maar de guerrillastrijd van de revolutionairen brandt daarna juist in alle hevigheid los.

Na aankomst krijgt het bataljon de tactische aanduiding 425 Bataljon Infanterie en wordt tijdens de zes weken training ingezet voor wachtdiensten, , trein- en konvooibeveiliging en patrouilles. Vanaf 16 juni patrouilleert het bataljon in de regentschappen Wonosobo en Bandjarnegara in de binnenlanden van Midden-Java.

Harrie gaat hier een zware tijd tegemoet. De troepen worden in dit gebied voortdurend onder vuur genomen door revolutionaire guerrillastrijders en de posten die bemand moeten worden, zijn slecht bereikbaar . Tegen deze achtergrond sneuvelt Harrie op 19 juni 1949 in Panambongan ten oosten van Poerwokerto , drie dagen na aankomst in het bataljonsvak.

Hij is 21 jaar geworden en op het moment van overlijden bevorderd tot soldaat 1e klasse. Harrie vindt zijn laatste rustplaats in Bandung op het Nederlands ereveld Pandu.

Jan Donkers
                                                                                                                                                                                

Jan wordt geboren op 19 oktober 1925 in Son en woont in Someren-Heide.Als dienstplichtige komt hij in september 1946 op bij de Koninklijke Landmacht in Maastricht en wordt ingedeeld bij het 3-14 Regiment Infanterie.

Hij wordt uitgezonden Naar Nederlands Indië om daar bij te dragen aan het herstel van de rust en het Nederlands gezag. Hij wordt slachtoffer van oplaaiend geweld tijdens de guerrillastrijd en sneuvelt tijdens een patrouille op 26 juni 1949. Hij vindt zijn laatste rustplaats op het Nederlands ereveld Menteng Pulo in Jakarta.

Wim Maas

Wim wordt geboren op 13 maart 1927 in Someren-Dorp. Opgeroepen voor de dienstplicht komt hij in 1947 op bij de Koninklijke Landmacht in Maastricht, waar hij als soldaat wordt ingedeeld bij het 5-6 Regiment Infanterie .

Wegens het losgebarsten revolutionaire geweld van de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd wordt hij voor de vervulling van zijn dienstverband naar Nederlands-Indië gezonden om er bij te dragen aan het herstel van de rust en het Nederlandse gezag. Eind januari 1948 vertrekt hij met de Nieuw Holland naar de Oost, waar hij na een zeereis van ruim een maand aan land gaat in Semarang op Java

Wims bataljon wordt overgebracht naar Pekalongan en begin mei gelegerd op verschillende posten in het binnenland voor patrouilles en zuiveringsacties. Tijdens de Tweede Politionele Actie van 17 december 1948 tot 5 januari 1949 wordt Wim via Kartasoera naar Solo (Soerakarta) gezonden voor de zuivering en beveiliging van die stad. Ook verderop in Wonogiri en Klaten wordt het bataljon bij militaire operaties ingezet.

Na afloop van de Tweede Politionele Actie lijkt de rust grotendeels te zijn teruggekeerd, maar in de maanden daarna neemt het geweld van de revolutionaire strijders weer toe. Op 27 juni 1949 rijdt Wim in konvooi door Ponorodjo, als hij daar in een hinderlaag terechtkomt. Nadat zijn wagen op een mijn is gereden en van de weg raakt, wordt hij beschoten door revolutionaire strijders. In dat vuurgevecht kom Wim, 22 jaar oud, om het leven. Hij vindt zijn laatste rustplaats op het Nederlands ereveld Candi in Semarang

Gerrit Mutsers

Gerrit wordt geboren op 21 juni 1927 in Someren-Heide. Opgeroepen voor de dienstplicht, meldt hij zich bij de Koninklijke Landmacht in Roermond, waar hij als soldaat wordt ingedeeld bij het 5e bataljon van het 11e Regiment Infanterie. Na vier maanden vertrekt het bataljon op 28 februari 1948 aan boord van de Volendam naar Nederlands-Indië. Na een zeereis van een maand debarkeert Gerrit eind maart in de haven van Belawan bij Medan op Sumatra. Op Sumatra vervult Gerrit de functie van motorordonnans voor de stafcompagnie van zijn bataljon .

 Tijdens de Tweede Politionele Actie van 19 december 1948 tot 5 januari 1949 wordt het bataljon ingezet bij de verovering en zuivering van Noord-Sumatra en ondervindt daarbij fel verzet van nationalistische guerrilla’s en islamitische rebellen die vanuit Atjeh het gebied infiltreren.

Op 9 juli 1949 sneuvelt Gerrit tijdens deze militaire acties in Pematang Siantar. Hij is 22 jaar geworden en vindt zijn laatste rustplaats op het Nederlands ereveld Leuwigajah in Cimahi .

Bronnen :

# Archief Stichting Wehrmachthuisje Someren-Heide

# Archief Harry Bakermans

# Tabee orang Someren , uit en thuis ….. maar niet voor allen !

# Oorlogsslachtoffers.nl

# Brabantsgesneuvelden.nl

# Oorlogsverhalen.com

# Nationaal Archief

# Nationaal Indië Monument , 1945-1962

# Wikipedia

# Collectie: Mariniersmuseum Rotterdam

# NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies

# D.C.L. Schoonoord, De Mariniersbrigade 1943-1949; Wording en inzet in Indonesië

# Kolonel b.d. J.W. de Leeuw